Maak je geveltuin zomerproof!

Met onze 5 tips is je geveltuin helemaal klaar voor het warmste en droogste seizoen van het jaar.

geveltuin bloemen

Wist je dat geveltuinen de stad helpen af te koelen tijdens hete zomerdagen? Huizen warmen minder snel op dankzij de begroeiing aan de buitenkant en planten zorgen ook voor meer verdamping, waardoor de omgeving frisser wordt. Daarom is het belangrijk om je minituintje goed te onderhouden, zeker bij tropische temperaturen.

5 tips om je geveltuin helemaal zomerproof te maken

Tip 1: zorg voor een gezonde bodem

Gezonde grond neemt water sneller op en houdt het beter vast.

  • Leg je een nieuwe geveltuin aan? Schep dan 30 cm van de bovenste grondlaag weg en vul opnieuw met een mix van compost en tuinaarde.
  • Verwerk eventueel kleikorrels door de toplaag. Dankzij deze waterhoudende bolletjes droogt de bodem minder snel uit.
  • Let er wel op dat je turfarme potgrond gebruikt. Zo help je mee aan een beter klimaat.


Tip 2: bescherm de bodem

Een klomp sterk uitgedroogde aarde is als een steen: water dringt er moeilijk door en spoelt gewoon weg. Door te mulchen en bodembedekkers te planten, bescherm je de grond tegen hitte en wind.

Mulchen is de bodem bedekken met allerlei soorten organisch materiaal: compost, schorssnippers, grind, een dun laagje (gedroogd) gras of gehakseld tuinafval. Je kan zelfs schelpjes of lavasteentjes gebruiken voor een exotische toets.

Mulchen doe je zo:

  • Maak de bodem goed los.
  • Zorg dat de grond vochtig is.
  • Breng een mulchlaag van ongeveer 5 cm dik aan.
  • Mulchen doe je het best in het voorjaar, maar het kan ook nog in de zomer.
  • Gebruik geen hakselhout van eiken. Dat bevat te veel zuren, die de wortels van je planten aantasten. 

Bodembedekkers zijn lage, kruipende planten. Ze groeien snel, breiden zich uit en vormen zo een natuurlijk tapijt dat de aarde eronder beschermt. Kies voor wintergroene planten, zo blijft je geveltuin het hele jaar een onkruidvrij pareltje. 


Tip 3: kies de geschikte planten

De Vlaamse Vasteplantenvereniging stelde een uitgebreid overzicht samen van planten die goed tegen de droogte kunnen, maar hieronder geven we alvast enkele suggesties mee.

Planten met een zilverkleurig, viltachtig blad kunnen meestal goed tegen droogte omdat ze zonlicht weerkaatsen en langer vocht vasthouden. Misschien ken je wel ezelsoor, salie of prikneus? Ook planten met dikke bladeren, zoals vetplanten, houden water goed vast. Verder zijn heel wat grassen en mediterrane kruiden, zoals tijm en marjolein, geschikt.

Wil je je geveltuin opleuken met een klimplant? In de folder Vergroen je straat vind je een lijst met ideale soorten en hun eigenschappen. Ga er zeker ook eens in kijken voor extra advies.


Tip 4: plant geen cultivars

Cultivars (of cultuurvariëteiten) zijn planten die niet in het wild voorkomen maar gekweekt worden. Deze soorten zijn niet goed bestand tegen de droogte omdat ze vaak grote bladeren hebben waardoor veel vocht verdampt.


Tip 5: geef gericht water

Planten die in de volle grond staan, hoef je normaal minder vaak water te geven dan planten in een pot. Hou er wel rekening mee dat de aarde in een geveltuin sneller uitdroogt. Enkele verfrissende tips:

  • Wanneer je ‘oververhitte’ planten besproeit, kunnen de bladeren verbranden. Gebruik daarom een gieter in plaats van een tuinslang, zodat je zo weinig mogelijk op de bladeren zelf giet.
  • Kies voor regenwater, dat is milieuvriendelijk en beter voor je planten.
  • Geef ’s morgen of ’s avonds water, dan verdampt het vocht minder snel.
  • Je geeft beter één keer per week veel water, dan elke dag een beetje. Zo leren je planten beter omgaan met droogte.